Ik bens morgens opgestaan, ik was ten einde raad.Ik heb lopen zoeken in mijn huis, ik heb lopen zoeken op de straat.Waar is m'n petje?Ik ben m'n petje kwijt.En in de middag ben ik naar de kroeg gerend en toen ik zat was riep ik door het heleetablissement.Waar is m'n petje?Ik ben m'n petje kwijt.En s'avonds ben ik naar de havenbuurt gegaan, waar alle lichten rood zijn en waar alle deurenopen staan.Waar is m'n petje?Ik ben m'n petje kwijt.Ik heb het naar rooierik gevraagd en ook als gele leen, aanwille met het harte oog enelis met het glazen been.Waar is m'n petje?Ik ben m'n petje kwijt.Ik geef je mijn vrienden, je krijgt m'n laatste duit, maar laat me hier niet langer pecheren,ik hou het niet meer uit.Waar is m'n petje?Ik ben m'n petje kwijt.Ik ben m'n petje kwijt.Om drie uur in de nacht ben ik naar de kerk gegaan, ben voor het beeld van Sint-Antoniusvan Padua gestaan.Waar is m'n petje?Ik ben m'n petje kwijt.Antonius die zei, dat is ruzemop, je hebt verveel te veel gedronken, want je pet staatop je kop.Waar is je petje?Daar is je petje.Zeg een ge-petje, en zet je petje af.